berekenen
Quotumpercentage?

In het Regeerakkoord was sprake van een quotumpercentage van 5 procent. Dat percentage is nu veranderd in een formule, waarmee het quotumpercentage elk jaar opnieuw wordt berekend. Het quotumpercentage zal naar verwachting in 2017 circa 1,25 procent bedragen en stijgen tot circa 2,5 procent in 2026. Een toelichting.

Berekening van het quotum
In 2016 vindt het eerste meetmoment plaats voor de gerealiseerde extra banen over 2015. Als werkgevers dan nog niet voldoende banen voor mensen uit de doelgroep hebben gerealiseerd, treedt de quotumheffing in werking. Als een werkgever met meer dan 25 werknemers niet voldoet aan het quotumpercentage, dan betaalt hij naar de mate waarin hij een quotumtekort heeft een quotumheffing. Per niet gecreëerde baan (van 25,5 uur) betaalt een werkgever 5000 euro per jaar.

Het quotumpercentage wordt voor elke sector apart (markt en overheid) berekend met deze formule: (1. aantal banen nulmeting) + (2. totaal aantal banen in het te berekenen jaar) x (3. gemiddelde aantal verloonde uren doelgroep) gedeeld door (4. totaal aantal werknemers in het te berekenen jaar) x (5. gemiddeld aantal verloonde uren per werknemer).

De uitleg van de vijf begrippen uit de formule:

1. Aantal banen uit de nulmeting. De nulmeting geeft het aantal reguliere banen waarin de mensen uit de doelgroep op 1 januari 2013 werkten.
2. Het totaal aantal extra banen dat voor een bepaald jaar is afgesproken voor de mensen uit de doelgroep (zie tabel).
3. Gemiddeld aantal verloonde uren doelgroep. Uit de nulmeting bleek dat iemand uit de doelgroep gemiddeld 25,5 uur per week (1.331 uur per jaar) werkt.
4. Het totaal aantal werknemers jaar t. Jaarlijks wordt gekeken naar het totaal aantal werknemers dat in de marktsector of in de overheidssector werkt.
5. Gemiddeld aantal verloonde uren per werknemer. Werknemers in Nederland werken gemiddeld 31,1 uur per week (1.623 uur per jaar).

Quotumheffing
De quotumheffing komt ten gunste aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof). Vanuit dit fonds kunnen gelden worden overgeheveld naar het Rijk ten behoeve van regelingen die het Rijk financiert, zoals financiering van de uitkeringen en re-integratievoorzieningen op grond van de Wajong en de Participatiewet.

Conclusie
Het quotumpercentage (en dus ook de eventuele heffing), wordt pas geactiveerd wanneer de banenafspraak niet is gehaald. Het quotumpercentage is wel gekoppeld aan deze banenafspraak en groeit dus mee met het aantal banen zoals afgesproken in het Sociaal Akkoord.

lees ook: PARTICIPATIEWETBANENAFSPRAAKQUOTUMWET

bron: www.Locusnetwerk.nl